Deze Week In Atjeh...

Ik bevind me in Atjeh, Indonesië, waar ik voor het Community Driven Regeneration (CDR) programma van het International Rescue Committee (IRC), een internationale vluchtelingenorganisatie, werk. Deze Blog is bedoeld om familie, vrienden, kennissen en andere geïnteresseerden – met name donoren van de Stichting Vluchteling, hoofdfinancier van het CDR programma – op de hoogte te houden van mijn werk, mijn ervaringen en mijn gedachten gedurende mijn verblijf in Atjeh.

donderdag, juni 29, 2006

29 juni - Banda Atjeh

Ik heb een interessante week achter de rug.

Dit weekend heb ik, om mee te beginnen, lekker rustig aan gedaan. Zaterdag ben ik voor een lange strandwandeling gegaan op Pantai Cemera, naast Lampuuk, niet ver van de stad (zie foto hierboven). Het was heerlijk; het strand ziet er geweldig uit en je hebt er meestal redelijk grote golven. Surfen blijkt een vrij populaire vrijetijdsbesteding te zijn onder Atjehnese jongens. De oceaan zag er ook zeer uitnodigend uit – alleen jammer dat je dan met je lange broek en een T-shirt het water in moet! Tijdens mijn wandeling ben ik nog een tweetal reuze hagedissen tegengekomen. Ook ben ik gaan lopen tussen de ruïnes van wat niet zo lang geleden nog een dorp was. Inmiddels is het weer volledig begroeid en ziet het er bijna helemaal groen uit (zie foto hieronder). De kracht van de vloedgolf is echt onvoorstelbaar geweest. Ik vind het nog steeds ontzettend vreemd om op de plek te zijn te waar de Tsunami het meeste levens heeft geëist en de meeste schade heeft aangebracht. In de avond ben ik naar het verjaardagfeestje geweest van Kari, een stagiair bij het IRC. Zondag heb ik lekker lang uitgeslapen, veel documenten en rapporten van het IRC gelezen en weer een lange siësta genomen om zo om twee uur in de ochtend klaar wakker te zijn voor de WK wedstrijd Nederland – Portugal. Ook al zijn we niet doorgegaan, het was de moeite waard; met 16 kaarten hebben we toch nog een record kunnen breken!


Van maandag tot en met donderdag ben ik vervolgens iedere dag het veld in gegaan. Maandag ben ik met een van de Community Driven Regeneration (CDR) – gemeenschapsgedreven wederopbouw – teams naar het dorpje Lambaro Neujid gegaan. Daar heeft het CDR team een aantal participatieve oefeningen met de dorpsbewoners gedaan. Namelijk het beoordelen van de taakverdeling tussen mannen en vrouwen (gender balance), het in kaart brengen van het dorp (community mapping) en de verschillende aanwezige instanties (institutional mapping - zie foto). Het was erg leuk. Helaas maakte de taalbarrière het moeilijk om meer betrokken te zijn bij het facilitatie proces. Dinsdag ben ik naar Lhok Seudu en Layeun gegaan om de geschiktheid van een water bron voor een water systeem te evalueren en woensdag ben ik naar Bireuk gegaan om opnieuw een aantal participatieve oefeningen uit te voeren (met name het prioriteren van dorpsproblemen).

Donderdag heb ik met een aantal mensen in het dorpje Lhok Seudu gesproken over een Quick Impact Programma (QIP). De QIPs zijn programma’s die als doel hebben om op korte termijn een stimulans te geven aan de lokale economie door het levensonderhoud van een groep mensen, of het hele dorp, te versterken. De begunstigden ontvangen een subsidie om bepaalde projecten uit te voeren. Gedurende mijn oriënterende veldbezoeken zal ik naar de duurzaamheid van een aantal QIPs kijken. In Lhok Seudu heeft men ervoor gekozen om de subsidie te gebruiken om een palong, een traditionele vissersboot, te bouwen (zie de grote blauwe vissersboot op de foto). Omdat de subsidie niet toereikend was, heeft het dorp een aanzienlijk deel van de kosten zelf betaald. Dit is voor de eigenaarschap van het programma tevens zeer wenselijk. Volgens de afspraak met het IRC zou de opbrengst van de vangsten in tweeën gesplitst worden met een helft voor de bemanning en een helft voor het dorp. Het geld voor het dorp zou vervolgens gebruikt worden om verschillende dorpsprojecten te financieren. Nu de QIP in Lhok Seudu drie maanden geleden afgerond is ben ik gaan kijken of het op de gewenste manier loopt. Indien het weer het toelaat, gaat de palong zes avonden per week met zeven of acht man de zee op. De vissers zijn zeer tevreden met de vangsten. Ze verkopen vis aan de dorpsbewoners en wat overblijft wordt naar de markt gebracht. Zoals afgesproken houden de visser de ene helft en gaat de andere helft in een pot voor het dorp. Van de 50 procent voor de vissers neemt de kapitein van de palong tien procent, de overige 40 procent wort verdeeld onder de rest van de bemanning en van de 50 procent voor het dorp neemt de boekhouder tien procent en gaat er 40 in de pot. Iedereen is het met deze verdeling eens. In drie maanden tijd heeft de palong 35 miljoen Roepia (bijna 3.700,- USD, ongeveer EUR 2.800,-) opgebracht voor de dorpspot; een flink bedrag. Het geld zal gebruikt worden om land te kopen zodat ieder huishouden zijn eigen stuk grond kan bezitten.

Tot slot heb ik vanochtend om 6:20 mijn eerste aardbeving meegemaakt in Banda Atjeh. De aardbeving is, onofficieel, geschat op 4.8 of 4.9 op de schaal van Richter. Het is maar goed dat ik toevallig wakker was want ik denk dat ik er anders zo doorheen had geslapen. Toch is het de heftigste beving die ik tot nu toe mee heb gemaakt! Het is een hele rare ervaring. Bovendien heeft het vandaag sinds mijn aankomst voor het eerst niet geregend!


1 Comments:

Blogger Cursief Huigje said...

Interessant om te vernemen hoe de toestand daar is, zoveel tijd na de vreselijke ramp.

7/7/06 22:31  

Een reactie posten

<< Home